133. Hoog

Vannacht, bij de dierentuin, zijn we alleen. Bezoekers en personeel al vertrokken. Het is stil en donker. Het leven overzichtelijk, geen vertier buiten, binnen alleen een maaltijd en een serie op de laptop. Weinjg keuzes, fijn!

In de stilte slaapt het diep. De katten voelen zich vrijer en nemen elke nacht wat meer ruimte in het bed en boven op ons. Het slaapt wat krap en zwaar voor ons.

Buiten pakken ze ook alle vrijheid. Als we met elkaar, vroeg in de ochtend, een boswandeling maken en weer terug bij de camper komen, sprint Tarquinius terug het bos in. Kwijt. We zien hem niet meer. Wel horen we hem kletsen. Met iemand uit de dierentuin? Het duurt een tijdje, dan zien we hem bovenin een hooiberg. Hij zit te vertellen hoe gelukkig hij daar is, en dat hij echt die stomme bus niet meer ingaat. Nee, ook niet voor brokjes, en ook niet voor die heule lekkere viskussentjes, waar we beneden mee staan te rammelen.

We kunnen hem natuurlijk op de terugweg weer oppikken. Maar we hebben nog één troef: het eten van Ricky: het groene gras van de buren. Bij het opentrekken van het dekseltje valt zijn plan in duigen, en ritssjj, beneden is hij, zijn bek al open. Na een paar happen nemen we hem onder de arm mee, gedwee. Respect voor zijn poging, en ik snap de verleiding.

Het Zuid-Franse landschap is hier zo plat als een dubbeltje. Mijn zorgen zijn pas voor morgen. Nu zijn we net de Spaanse grens over. In San Sebastián. Het regent knus en we staan aan de snelweg. Geen hooiberg te vinden hier dus we kunnen de katjes veilig buiten laten. Dan gaan we morgenochtend zelf nog even de stad in.

2 gedachtes over “133. Hoog

Plaats een reactie